Ontwerpopdracht Herontwerp

Metadata

Inhoudsopgave

Introductie

Bij CMD Amsterdam zijn we het fundament aan het herontwerpen voor studiejaar 20/21, een grote curriculumvernieuwing voor de propedeuse. Onze curriculumcommissie overziet dit herontwerp en neemt vooral de organisatorische taak op zich. Aan mij is door de curriculumcommissie gevraagd om vorm te geven aan het vak tech-0, het allereerste technische vak binnen onze opleiding. Het vak tech-0 gaat enigszins een vervangingen worden van de huidige technische vakken die we nu in de propedeuse hebben. We behouden wel wat activiteiten en vakinhoud die relevant zijn maar in principe mag het vak ‘op de schop’ (zie analyse voor meer achtergrondinfo).

tech-0 gaat een verplicht studieonderdeel zijn voor elke propedeuse student (3 ECTS). Er zullen 4 clusters zijn met elk ongeveer ~5 klassen, dit vak heeft dus in totaal 20 klassen en voor elk cluster een aparte module coördinatoren (4 in totaal). Het nieuwe vak wordt in blok 1 van het studiejaar aangeboden en is het ‘introductie vak’ voor techniek van onze opleiding, de grande entree. De andere technische vakken (in de verdere verloop van het studiejaar) sluiten op dit vak aan en geven meer verdieping.

Huidige technische vakken Overzicht van alle technische vakken in het vernieuwde curriculum en de positie van tech-0. Volledige techlijn op CMD amsterdam.

Huidige technische vakken Know how versus know why.

Het krachtige aan tech-0 is dat dit voor veel studenten de eerste aanraking is met techniek, websites programmeren in HTML, CSS & JavaScript. Je hebt als coördinator(en docent) eigenlijk vrij spel om deze studenten enthousiast te maken voor web technologie.

Positie van het vak tech-0 binnen de huidige visie van CMD Amsterdam. Studenten werken hun concepten uit met web technologie, experimenteren met het materiaal in verschillende iteraties. De focus ligt op het uitwerken, niet op het concept, dat leren studenten bij de andere vakken.

Huidige technische vakken Positie van het vak in de project spaces van CMD amsterdam (CMD visie op ontwerpen 2019).

De opzet van dit document van dit herontwerp volgt de stappen van integrated course design uit Creating Significant Learning Experiences van Dee Fink. Dit herontwerp is in dat opzicht vooral een opzet van tech-0 vak niet per se vakinhoudelijk.

Uitgangspunten (wensen) voor tech-0:

Verbeterpunten Analyse

Aan het eind van de analyse kwam ik tot de volgende verbeterpunten, onderstaande punten zijn de startpunten (uitgangspunten) voor mijn herontwerp:

Een goede balans tussen know-why en know-what/how
De huidige technische vakken gaan snel naar ‘the big picture’ en focussen op het ontwikkelen van code literacy in plaats van resultaatgericht en meteen met code experimenteren. Dat betekend niet dat de ‘know-why’ onbelangrijk is maar de balans tussen deze twee uiterste kan beter.

Het aansterken van formatieve toetsing en tussentijdse oplevering
Er is een (te grote) groep studenten die te laat ‘echt’ begint. Het gat van de tussenopdrachten in de les en de eindopdracht ervaren studenten als groot. De student moet op het eind een grote inspanning leveren en een docent heeft veel verwachting in de laatste weken. Een betere spreiding en eerder naar de eindopdracht toewerken zou een goede verbetering zijn. Dit kan wellicht door halverwege of op een meer systematische manier formatieve (of zelfs summatieve) toetsen af te nemen, zodat het voor een groep studenten een aanleiding is om halfweg al een grotere inspanning te leveren.

De huidige technische vakken hebben een focus op cognitieve skills
De focus ligt op programmeertalen leren en toepassen in plaats van een bredere kijk op techniek met betrekking tot het bedrijfsleven en eigen ontwikkeling verder in de studie. In het vak moeten systematisch meer praktijkvoorbeelden komen, een relatie worden gelegd met de andere vakken binnen dat blok (of een duidelijkere koppeling naar een overkoepelend project) en de beroepspraktijk.

Meer nadruk op blended learning (leerniveau’s & out-of class activities)
Meer ruimte voor out-of class activities en blended learning. Thuis video’s kijken, docenten die screencasts opnemen met live demo’s. Studenten moeten meer hun eigen leerpad kunnen bepalen (indelen op niveau). Meer aandacht voor studenten die het een en ander al weten, uitdagende opdrachten geven en als docent meedenken over persoonlijke leerdoelen.

Studenten enthousiasmeren en laten spelen (klooien) met techniek
Het is lastig om non-techies aan het prototypen te krijgen met techniek, maar misschien is dit ook onhaalbaar. Het echt ‘programmeren’ moet meer verplaatst worden naar latere jaar, aansluitende vakken aan tech-0 of de profilering techniek in het tweede jaar en ‘enthousiasme’ voor prototype en technologie naar de propedeuse. Het is vaak taaie technische stof en studenten zien niet de mogelijkheden van web technologie. Dit resulteert wellicht in minder ‘skills’ aan het eind van de propedeuse maar gedurende de langere leerlijn van het curriculum heeft dit wellicht het gewenste effect namelijk enthousiasme voor techniek.’

Situational Factors

De situational factors en hoe deze worden beinvloedt voor het herontwerp.

Leerdoelen

De leerdoelen in het nieuwe nieuwe ontwerp volgens de taxonomie van Dee Fink.

In grote lijnen zijn de overkoepelende doelen voor tech-0:’

  1. Materiaalkennis vergroten: spelen en experimenteren met web technologie.
  2. Een een basis code literacy ontwikkelen.
  3. Herkennen en beleven van interactie op het web.
  4. Inzicht krijgen in de mogelijkheden van web technologie

Over een paar jaar, nadat dit vak is afgelopen wil ik dat studenten techniek als ontwerptool kunnen inzetten. Op basis van deze visie heb ik een lijst met uitgangspunten voor dit vak geschreven en de in de taxonomy of significant learning geplaatst met het idee om deze vervolgens tot in meer detail uit te schrijven tot 5/6 concrete leerdoelen.

Learning goal Een greep uit de Taxonomy of Significant Learning Goals van Dee Fink voor tech-0 (klik om te vergroten).

Op basis van deze uitgangspunten kom ik tot de volgende leerdoelen:

Leerdoel Taxonomie (Bloom)
1. Je hebt basiskennis over hoe een website en het internet werkt Remembering
2. Je begrijpt de rol van web technologie als ontwerper Understanding
3. Je kan spelen en experimenteren met web technologie Applying
4. Je snapt de mogelijkheden en beperkingen van web technologie Evaluating
5. Je maakt een interactief prototype met behulp van web technologie Creating

Op basis van de BokSA die binnen de tech-expertise groep is gemaakt kom ik tot de volgende subleerdoelen die iets dieper ingaan op de vakinhoud:

Subleerdoelen
Je kent de basis van webstandaarden zoals HTML, CSS & JavaScript
Je kunt een rapid prototype online zetten en je interacties testen met gebruikers
Je kunt de browser en developer tools inzetten als ontwerptool om je website te analyseren
Je kunt een proof of concept (ontwerp) met interacties omzetten in werkende code
Je kunt code van anderen lezen en gebruiken voor je eigen oplossing
Je verkent meerdere mogelijkheden en vergelijkt technische oplossingen

Verder sluit tech-0 aan bij Begrijpen en kaderen (analyseren), Conceptualiseren (synthetiseren), Verbeelden en maken (concretiseren) en Onderzoeken (reflecteren) als CMD Competenties.

Op affectief niveau willen ik bij tech-0 vooral onderstaande punten aanleren en afleren.

Affectief niveau Op affectief niveau, houding, emotie, waarden en gewoontes afleren.

De affectieve houding (het aanleren) komt vooral terug in leerdoel 2 (het begrijpen van de rol van web technologie) en 3 (spelen en experimenteren met web technologie). Veel van het ‘aanleren’ zal ook gebeuren in web & wereld (zie volgende sectie over leeracrtiviteiten) waar studenten een bredere kijk krijgen met betrekking tot techniek. Het experiment wordt vervolgens getoetst in het product en het begrijpen van technologie in het logboek (zie toetsing).

Voor deze leerdoelen en subleerdoelen worden in de volgende sectie leeractiviteiten en vervolgens aansluitende toetsing gemaakt.

Leeractiviteiten

Leer- en docentactiviteiten die passen bij de leerdoelen en bij de toetsing.

De werkgroepen zijn zoveel mogelijk opgezet om studenten actief te laten leren. Na een korte ondersteunende instructie gaan studenten actief met die stof aan de slag in de vorm van een opdracht. Verdere uitgangspunten voor activiteiten zijn:

Onze studenten zijn visuele en creatieve studenten. Show don’t tell. Studenten vinden live demo’s en voorbeelden fijn. Niet in spraak of met tekst voorbeelden geven maar het ‘gewoon laten zien’.

Opzet werkweek Actief leren diagram met mogelijke interventies.

Hierna ben ik aan de slag gegaan met een weekopzet en een lesopzet ook om proberen de structuur en de flow van de studenten te visualiseren. Binnen een les probeer ik zoveel mogelijk de bouwstenen van effectieve didactiek te verwerken.

Op basis van onze interne vakkenvuller zijn de uren voor dit vak onder te verdelen in:

Totaal uren: 3 (ects) * 28 uur = 84 uur
Uren per week: 84 uur / 8 weken (blok) = ~10 uur
Contacturen: 4 uur werkgroep per week
Zelfstudie: 10 uur - 4 uur = 6 uur

Naast de werkgroepen is er grofweg per week voor tech-0 ruimte voor 6 uur aan zelfstudie (out-of-class) per week. Ongeveer een dag in de week of 2 uur per dag buiten de werkgroepen om.

Opzet werkweek Opzet van de week inclusief werkgroepen klik om te vergroten.

De vakinhoud is gebaseerd op de BoKSA (Body of Knowledge and Skills) die is opgesteld door de tech-expertise groep. Studenten kunnen in een flow komen door thema’s per week, daarbij aansluitende opdrachten, directe feedback op die opdrachten en de formatieve toets momenten als mijlpalen. Door de formatieve momenten bouw je een soort ‘check in’ waarbij je het werk waar de studenten naartoe werk kunt bijsturen.

In and out of class In and out of class activities.

Alle blauwe vlakken (out-of-class) zijn resources (screencasts, video’s en opdrachten) die studenten zelfstandig kunnen uitvoeren waarbij we vervolgens in een werkgroep de resultaten klassikaal kunnen bespreken. De meeste opdrachten wil ik asynchroon gaan aanbieden om vervolgens daar in de les instructie of feedback op te geven. De out-of-class activities zijn ook een goed moment om leerniveau’s in te zetten, door in verschillende ‘pistes’ (zoals in analyse besproken: blauw voor beginner,rood voor gemiddeld & zwart voor gevorderd) de bronnen en video’s in te delen op niveau. Er is daardoor een betere afstemming op de student en samenhang tussen niveaus binnen een vak (complexiteit). Voor de student is er een mate van vrijheid in de keuze van de leertaken.

Toetsing

Toetsing en assessment die passen bij de leerdoelen aan de hand van de toetscyclus.

Als uitgangspunt wil ik binnen het vak meer op vaardigheden toetsen dan op kennis. tech-0 blijft in dat opzich wel een kennisvak omdat het in het fundament (propedeuse) van onze opleiding zit en dus vooral op onthouden, begrijpen en toepassen zitten binnen de taxonomie van Bloom. HBO studenten willen denk ik meer uit de praktijk leren, misschien minder uit de theorie. Desondanks zijn alle leerdoelen van het vak verpreidt over de taxonomie van Bloom en hoop ik met het logboek en web & wereld ook de meer affectieve niveau’s van Bloom te verwerken in m’n vak. Dus vanuit toepassen vertrekken en dan theorie eraan koppelen. Wat een optie zou kunnen zijn is om deze wellicht later bij de andere technische vakken terug te laten komen en ze daar ‘zwaarder’ toetsen.

Voor summatieve toetsen wil ik twee toetsvormen gebruiken:

  1. Studenten coderen een mobile first website met micro-interacties als product (praktijkopdracht) die met een mondelinge toets aan de hand van een rubric beoordeelt wordt met een becijfering aan het eind van het vak. Mijn idee is wel om de studenten veel autonomie te geven over de invulling van de eindopdracht. Ik wil dat studenten de kans krijgen om te ontdekken en te onderzoeken waar ze enthousiast van worden en daarbij leren om een eigen ontwerp problemen aan te pakken.
  2. Studenten houden gedurende het vak een logboek (productbiografie) bij over de theorie van web & wereld en hun experiment bij het product (vrije vorm).Deze leveren deze aan het eind van het vak in. Dit logboek is denk ik een combinatie van een kennistoets en reflectieopdracht. Deze wordt beoordeeld met o/v/g/.

Omdat de focus ligt op vaardigheden en niet op kennis wil ik de weging van het product 60% maken en het logboek voor 40% laten meetellen. De onderdelen zijn niet compenseerbaar omdat beide belangrijk zijn om aan alle leerdoelen te voldoen. Deze weging klopt ook met de verhouding van de leerdoelen, waarbij er 3 gaan over vaardigheden (leerdoel 1, 3, 5) en de anderen over kennis (leerdoel 2, 4).

Daarnaast wil ik drie ‘grote’ toetsvormen gebruiken voor formatieve toetsing gedurende het vak:

  1. Een intaketoets (feedback) aan het begin van het vak om het beginniveau van de student te bepalen en de student aan de hand daarvan in te delen in een leerniveau.
  2. Op de helft van het vak een formatief voortgangstoets (feedup) om studenten te pushen om tussentijds al een grote inspanning te leveren voor het product aan het eind en het bijhouden van het logboek.
  3. Gedurende het eind van het vak een peer assessment (feedforward) inzetten voor het product waarbij studenten zichzelf en eventueel elkaar beoordelen aan de hand van het beoordelingsformulier.

Het eindcijfer mag nooit tot een verassing komen en dat is wat al deze formatieve toetsmomenten doen, de summatieve toetsing is slechts een bevestiging daarvan.

Deze momenten wil ik niet becijferen en dus ook niet laten meewegen in het cijfer. Wel wil ik hier verplichte onderdelen (aan voorwaarde voldaan) van maken die studenten moeten afronden met een niet voldaan/voldaan. De valkuil van het niet becijferen is dat dit veel inzet van docenten vraagt (nakijktijd) en dan aan het eind ook nog eens summatief moeten toetsen. Deze workload moet door middel van goede formatieve toetsing en de leeractiviteiten verschuiven naar de student. De student moet zelf feedback kunnen vragen, verwerken en geven. Docenten moeten ook leren indirecte correctoe toe te passen door meer coachenderwijs feedback te geven. De student moet uiteindelijke diegene zijn die de meeste tijd investeert.

De toetsing voor het vak zou er in een schematische weergave zo uitzien:

In and out of class Schematische weergave formatieve en summatieve toets momenten (toetsprogramma).

Ik merk dat studenten over het algemeen kijken naar wat ze nog moeten doen en denken ‘wat veel werk’ maar weinig reflecteren op hun eigen voortgang en deze zichtbaar maken (visible learning). Door de voortgangstoets hoop ik dat af te vangen. Studenten krijgen inzicht in hun eigen voortgang zodat ze de regie nemen over het eigen leren en bijsturen naar het eindniveau toe.

Naast deze grote toets momenten probeer ik ook in ieder geval elke week een kleine opdracht te introduceren die ook formatief is. Op basis van de toolbox formatieve evaluatie heb ik geprobeerd voor elke week een werkvorm in te zetten die passend is bij de vakinhoud. Deze wil ik vooral toepassen bij de web & wereld momenten in de les.

Formatief evalueren Werkvormen voor formatief evalueren tijdens web & wereld

In het begin zijn de werkvormen vooral bedoeld om kennis te peilen en het leren zichtbaar te maken. Later in het vak gaan de werkvormen steeds meer toe naar leren en bijsturen.

Ik probeer hier dus ook verschillende toetsvormen te combineren, niet 1 methode kan alles doen maar samen worden ze krachtig. De formatieve momenten gaan over de tussenstappen, het leren activeren en leren van dat toetsmoment. In de laatste weken zijn dus de summatieve toetsen, dan eindigt het leren.

Het logboek gaat vooral over onthouden en begrijpen binnen de taxonomie van Bloom en het product gaat naar deep level learning waarbij studenten de stof moeten toepassen in hun eigen website (product), en hun gemaakte werk en progressie analyseren en evalueren.

De uiteindelijke beoordelingen zijn dus vooral criteriumgericht. De student toont met de toets aan de hand van een rubric aan in welke mate deze criteria (leerdoelen) zijn behaald. Aan de hand van de intaketoets en de self-assessment aan het einde van de toets zie ik ook nog een kans om ipsatief te toetsen maar wat de precieze invulling zou zijn vind ik moeilijk uit te werken. Wat ik verder nog lastig vind is (waarschijnlijk werkvormen) vinden waar studenten actief met de feedback aan de slag gaan. Studenten moeten feedback om kunnen zetten in acties en kunnen aangeven waar ze feedback op willen ontvangen. De ontvanger (student) moet actief wat met de feedback doen.

Eindopdracht:

Kwaliteitscriteria:

Rubrics:
Voor beide summatieve toetsen wil ik gebruik maken van een rubric om de onderdelen te beoordelen.

Opzet rubric product Een hele ruwe opzet voor de rubric van het product

Al het gemaakte werk (toetsvormen) wordt digitaal ingeleverd in de upload-omgeving van Brightspace. De leeromgeving wordt gebruikt als omgeving voor feedback, analyse, beoordeling en archivering. De leerdoelen, de toetsmatrijs en toetsvormen en toetsafname zijn beschreven. Het beoordelen, analyseren en evalueren van de toetsing (uit de cyclus) moet uit de praktijk blijken.

Toetsingcyclus Momenten voor kalibratie van docenten

De opzet van de toetsen volgt de stappen van de toetscyclus op score.hva.nl

Leeromgeving

De nieuwe studiehandleiding en/of de communicatie naar studenten.

Studiehandleiding

Op basis van dit herontwerp heb ik de volgende studiegidstekst geschreven.

(Voorlopige) studiehandleiding

Rubrics

Ook ben ik aan de slag gegaan met een opzet voor de vernieuwde rubrics.

(Opzet) rubric (product)

Leeromgeving

De inrichting van DLO wil ik per thema doen. Omdat de vakinhoud nog verder uitgewerkt moet worden is er weinig te zeggen over de concrete inrichting. Er zijn wel een aantal features in Brightspace die erg handig kunnen zijn:

(Work in progress) syllabus

Playground

Naast de leeromgeving is het idee ook om een zogeheten playground te maken waar studenten code snippets en voorbeelden van code kunnen zien zodat ze die in hun eigen project kunnen gebruiken. Daar komen verder ook alle kennisclips en verdiepende bronnen op te staan.

(Work in progress) playground

Alignment

Check of alle componenten (leerdoelen, toets en leeractiviteiten) verbonden en geïntegreerd zijn

Een goede manier om een check uit te voeren is door het invullen van worksheet for designing a course van Dee fink. Dat geeft ons de volgende schematische weergave:

Worksheet design Worksheet for designing a course.

Elk leerdoel komt aanbod in ieder geval een van de twee summatieve toetsen. Er is een verscheidenheid aan leerbronnen; voorbeelden uit de praktijk, opdrachten, actieve werkvormen en verdiepende artikelen en video’s.

Verbeterpunten Verbeteringpunten course design op basis van analyse en herontwerp

Conclusie

Dit herontwerp begon met een aantal verbeterpunten die tijdens die uit de analyse naar voren kwamen. Met het herontwerp heb ik deze verbeterd. Door het introduceren van web & wereld is er een goede mix van know-why en know-what en verlegt de focus van cognitieve skills naar meer affectief. Door een aantal formatieve toetsen te introduceren zijn er meer tussentijdse opleveringen, de lesopdrachten en praktijkvoorbeelden sporen studenten aan om op een speelse manier met techniek aan de slag te gaan. De playground geeft mogelijkheid tot meer blended learning en door het goed inrichten van de leeromgeving geeft het ruimte voor leerniveau’s.

👋 Dank voor het lezen.

– Danny de Vries

Bronnen

Bijlagen

Feedback

Onderwijskundige

Feedback van Zuzana van Polen, Onderwijskundig Adviseur & Taalkundige

SKE’er opleiding

Irene Kamp (CMD Amsterdam)

Team (inclusief je werkplekbegeleider)

Werkplekbegeleider Sonja Rouwhorst (Teammanger 2e jaar)

Tech expertise groep, tech docenten in propedeuse (presentatie collega’s)